Stadsoevers benut restwarmte van afvalverwerker Suez
Onze energievoorraad houdt een keer op te bestaan. Daarom investeert Roosendaal in nieuwe technieken om te zorgen dat er voldoende duurzame energie is voor bedrijven en inwoners. De gemeente wil in 2035 klimaatneutraal zijn. De eerste plannen voor een warmtenet stammen van voor 2008. De economische crisis vertraagde de ontwikkeling, maar nu loopt Roosendaal juist voorop met het gebruik van restwarmte van lage temperatuur.
Nieuwe techniek
Aan Potendreef 2 in Roosendaal vinden we de afvalverwerkingsinstallatie van Suez. Daar wordt het afval verwerkt. Bij het verbranden daarvan ontstaat restwarmte. Suez, de gemeente Roosendaal en de provincie Noord-Brabant investeerden samen in een techniek voor het gebruik van laagwatertemperatuur restwarmte.
Uniek in Nederland
Bijzonder is, dat dit type restwarmte een lage temperatuur heeft. “Zo’n 40 graden Celsius”, zegt Dick Maaskant, projectdirecteur Duurzaam Energiebedrijf Roosendaal.
“Het gebruik van restwarmte van zo’n lage temperatuur is uniek. Het is de restwarmte die anders bij de vuilverbranding via de schoorsteen zomaar de lucht in vliegt en dus verloren gaat. Wij kunnen die warmte nu gebruiken. Er zijn in Nederland wel andere warmtenetten maar die gebruiken een veel hogere temperatuur.” Het contract met Suez is aangegaan voor een periode van veertig jaar. Als eerste is een warmtenet aangelegd in Stadsoevers.
“Het is de restwarmte die anders bij de vuilverbranding via de schoorsteen zomaar de lucht in vliegt en dus verloren gaat. Wij kunnen die warmte nu gebruiken.”
Betrouwbaar warmtesysteem
In Stadsoevers is het Kellebeek College al jaren op het netwerk aangesloten. De toekomstige woningen in de wijk krijgen allemaal een aansluiting op het netwerk om de woning te verwarmen én voor het tapwater. De toekomstige bewoners van De Douanier konden tijdens een voorlichtingsbijeenkomst kennismaken met deze warmtevoorziening. Dick Maaskant: “Mensen vragen zich af of de verwarming van hun huis betrouwbaar is. Het antwoord is ‘ja’, het netwerk is zeer betrouwbaar en degelijk. Zeker bij goed geïsoleerde nieuwbouwwoningen is de warmte comfortabel en geod verspreid. Je regelt de temperatuur in huis via een thermostaat, gewoon zoals je gewend bent. Die 40 graden is voldoende voor een fijne temperatuur in je woning. Voor het tapwater, om bijvoorbeeld warm te douchen, is verwarming nodig naar 70 graden. Dat wordt doorgaans geregeld via een zogenaamde boosterwarmtepomp in de woning. Bij De Douanier gebeurt dat door een centrale warmtepomp. Iedereen krijgt een eigen meter voor zijn eigen verbruik.”
Duurzamer Roosendaal
Behalve dat dit systeem stabiel en betrouwbaar is, veroorzaakt het geen nieuwe CO2. In de toekomst zal het verbruik ook nog eens goedkoper zijn, omdat de prijs van gas alleen maar stijgt. Het gemeentebestuur en de gemeenteraad van Roosendaal zien het belang van deze duurzaamheidsontwikkeling in. Om zich goed te laten informeren, brachten ze op 23 mei een bezoek aan de organisaties die nu al bij het project betrokken zijn: afvalverwerker Suez, het Kellebeek College en het appartementengebouw De Douanier, waar de nieuwe bewoners vanaf half juni zijn aangesloten op het netwerk. Ook andere partijen in Roosendaal hebben interesse om laagwatertemperatuur te gaan gebruiken. Bijvoorbeeld het nieuwe Jeugdzorg onderwijscluster in de wijk Westrand.

Het verwarmen van een schoolgebouw is een vak apart. In het ene lokaal draaien de leerlingen de verwarming van naar de hoogste stand, bij de volgende docent is het frisjes. Zulke dingen zijn met het gebruik van restwarmte in combinatie met Beton Kern Activering verleden tijd. Rien Kouters, projectmanager en duurzaamheidscoördinator bij het ROC West-Brabant, was betrokken bij de keuze voor een verwarmingssysteem voor het nieuwe Kellebeek College in Stadsoevers. De school telt zo’n 1100 leerlingen en 85 medewerkers.
Bovendien wil AlleeWonen dertig woningen aan de Titus Brandsmastraat mogelijk aansluiten op het netwerk. Ook bij de renovatie van het huidige Roosendaalse stadskantoor staat het op het verlanglijstje. “Dat is nog niet zo gemakkelijk. We moeten dan onder het spoor door. Daar moeten we nog een hoop voor onderzoeken”, besluit Dick Maaskant. “Maar daar krijg ik dan weer energie van.”
“We wilden een duurzame oplossing én grip op de kosten. Andere ROC’s werkten al wel met warmte- en koudeopslag in de grond maar ondervonden daarbij nog de nodige problemen. Daarom kozen wij voor een veilige manier om restwarmte van Suez te gebruiken. Met de restwarmte die ontstaat bij de vuilverbranding van onder andere ons eigen afval, verwarmen wij ons gebouw. Vuilverbranding is er toch, mooi als je met die restwarmte nog iets kunt doen. Een leerklimaat moet niet te warm en niet te koud zijn. Via dit systeem is het precies goed; comfortabel en constant. De warmte is er gewoon. Hij komt niet ergens vandaan. We werken er nu al jaren mee, en ik heb er nooit een klacht over gehoord.”
“De warmte is er gewoon, hij komt niet ergens vandaan. We werken er nu al jaren mee en ik heb er nooit een klacht over gehoord.”
Na de bouw werd het gebouw eenmalig op de goede temperatuur gebracht. De opwarming van het gebouw duurde ongeveer 3 maanden. “Bij Beton Kern Activering straalt via een slangensysteem in het midden van de 35 cm dikke betonvloeren warmte naar onder en boven. Deze warmte vindt zijn weg naar de ruimten boven en onder de verdiepingsvloeren dankzij plafondeilanden. In de zomermaanden kunnen we de installatie zo afstellen dat het wat koeler is. Het systeem staat altijd aan, maar toch verbruiken we nog maar 40% van wat we eerst deden. Het is behalve een duurzame exploitatie ook echt goedkoper.”